-
Dagboek - Dag 250
Dag 250 "Verblijd u op die dag en spring op van vreugde, want zie, uw loon is groot in de hemel. Hun vaderen deden immers evenzo met de profeten" (Luk. 6:23). De Heere Jezus roept op je te verblijden. Waar gaat dit dan over? "Zalig bent u, wanneer de mensen u haten, en wanneer zij u uitstoten en u smaden en uw naam als slecht verwerpen omwille van de Zoon des mensen" (Luk. 6:22). Als je smaad lijdt omwille van je geloof in Christus is dat niet erg. "Wee u, wanneer alle...
"Je bent zondiger en gebrekkiger dan je ooit kunt geloven; en tegelijk: je bent meer geaccepteerd en bemind dan je ooit hebt durven hopen. - Tim Keller, Redeemer Presbyterian Church, New York"
- Gegevens
- Categorie: Uniek
- Hits: 8499
Wie is de ware God?
Wie is de ware God?
door Ineke van Lieshout uit: Amen 4
Ontmoet u ook wel eens mensen die zoeken naar de 'echte' God? Mogelijk bent u zelf naar Hem op zoek. Een zoekend mens kan het er druk mee hebben. Sommigen reizen de hele wereld af om te spreken met aanhangers van vele religies. Anderen lezen boeken over verschillende godsdiensten en observeren kerkgangers in de omgeving. Weer anderen bezoeken gespreksgroepen, paranormale conferenties ... enzovoorts.
Velen staan voor vragen en gaan op onderzoek uit: 'Wie moet je kiezen in de veelheid van goden? Tot wie moet je bidden? Wie moet je als voorbeeld volgen?'. Vandaag de dag hoor je op de televisie uitspraken als: 'De goddelijke krachten en geesten werken via mij". Als je zoekend bent, roept dat vragen op. Iedereen kan wel zeggen, dat is god. Ja toch? God en Zijn wereld zijn onzichtbaar. Daarom kunnen mensen over een 'andere wereld' van alles en nog wat bedenken.
Visies
De verwarring kan groot zijn. Er zijn zoveel verschillende meningen! We brengen er eens drie naar voren.
Ten eerste: Gangbaar is de stelling dat alle goden zijn terug te voeren tot een grote almacht. Het maakt niet uit tot wie je bidt en in welke god je gelooft. Dat zijn alleen namen. Het gaat om dezelfde god. Men voert aan: in elke godsdienst zit wel wat goeds.
Ten tweede: Een andere denkrichting wordt vandaag steeds meer algemeen. Dat is de gedachte dat het niet gaat om een godheid (een Vader, een Zoon, een Geest), maar om een onpersoonlijke grote krachtbron. Het is de bovennatuurlijke energie, waaruit alles voortkomt en waarnaar de mens teruggaat.
Tenslotte: Wat te denken van de opvatting dat de mens zelf god is? Dat de mens op aarde is, is alleen maar om dat te ontdekken en zijn 'god-zijn' te ontwikkelen in samenwerking met geesten?
Dit zijn in het kort godsdienstige denkbeelden waar mensen mee rondlopen. Soms tobben ze er mee, want zonder God loopt een mens met zijn ziel onder zijn arm. Soms proberen ze wanhopig dingen uit en zo kan het gebeuren dat een weldenkend mens op zondagmorgen met een flesje water voor de radio gaat zitten om er goddelijke straling in op te vangen. Als je geen stevige visie over 'gene zijde' hebt, heb je ook geen zekerheid over de zin van het leven. Dan kun je rare dingen doen. Maar toch! De God van de Bijbel geeft aan de mens normale mogelijkheden om Zijn bestaan op echtheid te beproeven. Het zijn doodgewone manieren om de zin van het leven te vinden en een heerlijke, eeuwige toekomst met Hem tegemoet te zien.
Geloven
Mensen die God zoeken, hebben de eerste stap op de weg van geloof gezet. Dat mag op het eerste gezicht wat onbetrouwbaar en twijfelachtig lijken. Het woord 'geloven' heeft nou eenmaal het imago van: 'Het zou kunnen, maar ik ben er niet zeker van'. Het tegendeel is echter waar. Godzoekers geloven namelijk reeds in het bestaan van (een) God, anders zouden zij niet naar Hem op zoek gaan. Ze weten dus globaal wat zij zoeken. Een mens die weet wat hij wil, kun je niet onzeker noemen! Deze gelovige stap wordt door God beloond, immers er staat:
"Zonder geloof is het echter onmogelijk God te behagen. Want wie tot God komt, moet geloven dat Hij is, en dat Hij beloont wie Hem zoeken" (Hebr. 11:6).
Hier zien we dat God de mens die ernstig naar Hem zoekt, tegemoetkomt. "Wie zoekt, zal vinden ...", juist ja, en dat spreekwoord komt uit de Bijbel. De Godzoeker moet geloven dat God hem beloont. Hij zal de ware God, hoe dan ook, vinden.
Zekerheid en bewijs
Het geloof in God groeit uit tot een innerlijk weten. Dit zegt de Bijbel ervan: "Het geloof nu is een vaste grond van de dingen die men hoopt, en een bewijs van de zaken die men niet ziet" (Hebr. 11:1). Elke gelovige kan dit beamen. Deze zekerheid gaat boven het verstand uit. De zoekende mens kan van het principe uitgaan, dat geloven het verzekeren is van onzichtbare, eeuwige grootheden. Dit proces speelt zich af in het hart. 'Geloven doe je in de kerk', wordt wel eens gekscherend gezegd, maar geloven doe je vooral met je hart. Wie kent de uitdrukking niet: van ganser harte geloven? Het is iets persoonlijks tussen de mens en God. Wanneer het geloof een zeker weten is geworden, is het spreekwoord van toepassing: 'waar het hart van vol is, loopt de mond van over'.
"Als u met uw mond de Heere Jezus belijdt en met uw hart gelooft dat God Hem uit de doden heeft opgewekt, zult u zalig worden. Want met het hart gelooft men tot gerechtigheid en met de mond belijdt men tot zaligheid" (Rom. 10:9 en 10).
De Getuige
Wie de laatste woorden leest, ziet meteen concrete heilsfeiten. Geloof is niet ongrijpbaar, het gaat over concrete situaties. Over dood, over leven, over behouden worden, over liefde, over zondevergeving, over gerechtigheid. Het handelt over een concrete Persoon, Die het heil aan het licht heeft gebracht: de Zoon van God. Hij werd mens van vlees en bloed, zoals wij. Concreter kan het haast niet. Hij bracht het geloof dicht bij de mens, door uit de onzichtbare hemel op aarde te komen. Gedurende enkele jaren vertelde Hij over Zijn Vader en de hemelse zaken. Hij was de Ooggetuige uit de onzichtbare wereld. Wat Hij daarover bekendmaakte, is door verschillende personen opgeschreven. De kern van Zijn verslag komt bij alle vier de evangeliën (Mattheüs, Markus, Lukas en Johannes) overeen. Dat maakt toch wis en waarachtig een betrouwbare indruk?
De vaste grond die we in de Bijbel vinden, is groot. God heeft eeuwen geleden allerlei zaken over de komst van Zijn Zoon op laten schrijven (het Oude Testament). De Heere Jezus wist dat en zei tegen mensen, die destijds twijfelden of Hij wel echt de Zoon was: "U onderzoekt de Schriften, want u denkt daardoor eeuwig leven te hebben, en die zijn het die van Mij (Jezus, de Zoon) getuigen" (Joh. 5:39). Het is alsof de Heiland zegt: 'Lees, kijk of het klopt, dan weet je, dat Ik het ben!'. Daarom is het belangrijk dat Godzoekers de Bijbel bestuderen en de ooggetuigenverslagen over Hem lezen.
Onsterfelijkheid
De Heere Jezus zegt duidelijk, dat de confrontatie met Zijn Woord kan leiden tot het eeuwige leven. Er zijn mensen die dit te eenvoudig vinden; niet te geloven zeg ... in een Boek? Die tijd hebben we toch gehad? Dit soort afwijzingen kunnen leiden tot de gekste situaties. Men laat zich bijvoorbeeld invriezen en hoopt, dat als de uitvinding is gedaan, men na zijn ontdooiing (...) de onsterfelijkheidspil kan innemen.
Wanneer erkennen mensen God? Wanneer Hij de dood opheft en de ziel onsterfelijk maakt. In elke religie vinden we dit principe terug. Dit wordt als belangrijkste verschil gezien met het menselijke kunnen. Mensen kunnen veel, maar dat niet.
Ook de mensen tot wie de Heere Jezus zei: 'onderzoek de Schriften', dachten dit. De Heere Jezus zei namelijk tegen hen: "Want zoals de Vader de doden opwekt en levend maakt, zo maakt ook de Zoon levend wie Hij wil" (Joh. 5:21). Zo'n krachtige uitspraak, is alleen van God te verwachten. Maar ja, voor die mensen was het nog maar de vraag of Hij deze toets kon doorstaan. Kon Hij doden opwekken? Ja! Iedereen kent wel de geschiedenis van de opwekking van Zijn vriend Lazarus.
Wanneer we er zeker van willen zijn, dat onder alle goden Hij de Enige Echte is, moeten wij de Heilige Schrift onderzoeken op dit soort 'bewijs'. Neem bijvoorbeeld de uitspraak van Paulus. Hij zegt over de Heere Jezus: "Want ik heb u ten eerste overgeleverd wat ik ook ontvangen heb, dat Christus gestorven is voor onze zonden, overeenkomstig de Schriften, en dat Hij begraven is, en dat Hij opgewekt is op de derde dag, overeenkomstig de Schriften" (1 Kor. 15:3 en 4).
De Heere Jezus bewees Zijn macht over de dood, door Zelf uit de dood op te staan. Paulus zegt daarover, dat het precies zo in het Oude Testament was voorzegd. Kan het nog beter bewezen worden?
Geestelijk
Nuchter beschouwd niet. De geschiedschrijving heeft deze zaak nauwgezet vastgelegd, op dezelfde wijze als de geschiedenis van Alexander de Grote of Napoleon, wat we zomaar aannemen. Toch blijven vele mensen aan dit gebeuren twijfelen. Hoe komt dat? Elk mens heeft van nature de neiging om de (geestelijke) dingen van God af te wijzen. "Maar de natuurlijke mens neemt de dingen van de Geest van God niet aan, want ze zijn dwaasheid voor hem. Hij kan ze ook niet leren kennen, omdat ze geestelijk beoordeeld worden" (1 Kor. 2:14).
Wil iemand zekerheid krijgen over de eeuwige, onzichtbare wereld, dan moet deze de Bijbelse gegevens door een geestelijke bril bekijken. Die bril is voor iedereen beschikbaar. We kunnen hem aan laten meten, niet bij een opticien, maar bij God Zelf. Daarvoor moeten we in alle ernst God vragen, of Hij het juiste zicht wil geven op Zijn waarheid. Bijvoorbeeld door te bidden: "Ontsluit mijn ogen en laat mij aanschouwen de wonderen van Uw wet" (Ps. 119:18) of "Mijn ziel kleeft aan het stof; maak mij levend overeenkomstig Uw woord" (Ps. 119:25).
Woord en wet betekenen beide het Woord van God. Er zit levendmakende kracht in Zijn Woord, zodat we het kunnen doorzien. Is dat echt zo? Ja, zelfs in meer dan geestelijk opzicht is het waar.
De schepping
God bezit namelijk eeuwige kracht, waarmee Hij alles doordrenkt. Ons verstand kan zich weliswaar tegen God verzetten, Zijn schepping niet. De psalmist zegt: "De hemel vertelt Gods eer, het gewelf verkondigt het werk van Zijn handen" (Ps. 19:1). Dit kan door iedereen ervaren en gekend worden. Daar heb je geen geestelijke bril voor nodig. Niemand kan, als Hij eens voor God verschijnen moet, zeggen: 'Ik wist niet dat U bestond'. "Want de dingen van Hem die onzichtbaar zijn, worden sinds de schepping van de wereld uit Zijn werken gekend en doorzien, namelijk én Zijn eeuwige kracht én Zijn Goddelijkheid, zodat zij niet te verontschuldigen zijn" (Rom. 1:20).
Voltaire zei: 'Ik kan niet geloven in een klok zonder te geloven in een klokkenmaker'. Met andere woorden: Ik kan niet geloven in de schepping, zonder een Schepper! De natuurlijke werkelijkheid is een grote hulp om op zoek te gaan naar de geestelijke realiteit: de ware God, Die in Zijn Woord te vinden is.
"En dit is het eeuwige leven, dat zij U kennen, de enige waarachtige God, en Jezus Christus, Die U gezonden hebt" (Joh. 17:3).
Moge een ieder uit het diepst van zijn hart kunnen zeggen: "Maar wij weten dat de Zoon van God gekomen is en ons het verstand heeft gegeven om de Waarachtige te mogen kennen; en wij zijn in de Waarachtige, namelijk in Zijn Zoon, Jezus Christus. Die is de waarachtige God en het eeuwige leven" (1 Joh. 5:20).
door Ineke van Lieshout uit: Amen 4
Ontmoet u ook wel eens mensen die zoeken naar de 'echte' God? Mogelijk bent u zelf naar Hem op zoek. Een zoekend mens kan het er druk mee hebben. Sommigen reizen de hele wereld af om te spreken met aanhangers van vele religies. Anderen lezen boeken over verschillende godsdiensten en observeren kerkgangers in de omgeving. Weer anderen bezoeken gespreksgroepen, paranormale conferenties ... enzovoorts.
Velen staan voor vragen en gaan op onderzoek uit: 'Wie moet je kiezen in de veelheid van goden? Tot wie moet je bidden? Wie moet je als voorbeeld volgen?'. Vandaag de dag hoor je op de televisie uitspraken als: 'De goddelijke krachten en geesten werken via mij". Als je zoekend bent, roept dat vragen op. Iedereen kan wel zeggen, dat is god. Ja toch? God en Zijn wereld zijn onzichtbaar. Daarom kunnen mensen over een 'andere wereld' van alles en nog wat bedenken.
Visies
De verwarring kan groot zijn. Er zijn zoveel verschillende meningen! We brengen er eens drie naar voren.
Ten eerste: Gangbaar is de stelling dat alle goden zijn terug te voeren tot een grote almacht. Het maakt niet uit tot wie je bidt en in welke god je gelooft. Dat zijn alleen namen. Het gaat om dezelfde god. Men voert aan: in elke godsdienst zit wel wat goeds.
Ten tweede: Een andere denkrichting wordt vandaag steeds meer algemeen. Dat is de gedachte dat het niet gaat om een godheid (een Vader, een Zoon, een Geest), maar om een onpersoonlijke grote krachtbron. Het is de bovennatuurlijke energie, waaruit alles voortkomt en waarnaar de mens teruggaat.
Tenslotte: Wat te denken van de opvatting dat de mens zelf god is? Dat de mens op aarde is, is alleen maar om dat te ontdekken en zijn 'god-zijn' te ontwikkelen in samenwerking met geesten?
Dit zijn in het kort godsdienstige denkbeelden waar mensen mee rondlopen. Soms tobben ze er mee, want zonder God loopt een mens met zijn ziel onder zijn arm. Soms proberen ze wanhopig dingen uit en zo kan het gebeuren dat een weldenkend mens op zondagmorgen met een flesje water voor de radio gaat zitten om er goddelijke straling in op te vangen. Als je geen stevige visie over 'gene zijde' hebt, heb je ook geen zekerheid over de zin van het leven. Dan kun je rare dingen doen. Maar toch! De God van de Bijbel geeft aan de mens normale mogelijkheden om Zijn bestaan op echtheid te beproeven. Het zijn doodgewone manieren om de zin van het leven te vinden en een heerlijke, eeuwige toekomst met Hem tegemoet te zien.
Geloven
Mensen die God zoeken, hebben de eerste stap op de weg van geloof gezet. Dat mag op het eerste gezicht wat onbetrouwbaar en twijfelachtig lijken. Het woord 'geloven' heeft nou eenmaal het imago van: 'Het zou kunnen, maar ik ben er niet zeker van'. Het tegendeel is echter waar. Godzoekers geloven namelijk reeds in het bestaan van (een) God, anders zouden zij niet naar Hem op zoek gaan. Ze weten dus globaal wat zij zoeken. Een mens die weet wat hij wil, kun je niet onzeker noemen! Deze gelovige stap wordt door God beloond, immers er staat:
"Zonder geloof is het echter onmogelijk God te behagen. Want wie tot God komt, moet geloven dat Hij is, en dat Hij beloont wie Hem zoeken" (Hebr. 11:6).
Hier zien we dat God de mens die ernstig naar Hem zoekt, tegemoetkomt. "Wie zoekt, zal vinden ...", juist ja, en dat spreekwoord komt uit de Bijbel. De Godzoeker moet geloven dat God hem beloont. Hij zal de ware God, hoe dan ook, vinden.
Zekerheid en bewijs
Het geloof in God groeit uit tot een innerlijk weten. Dit zegt de Bijbel ervan: "Het geloof nu is een vaste grond van de dingen die men hoopt, en een bewijs van de zaken die men niet ziet" (Hebr. 11:1). Elke gelovige kan dit beamen. Deze zekerheid gaat boven het verstand uit. De zoekende mens kan van het principe uitgaan, dat geloven het verzekeren is van onzichtbare, eeuwige grootheden. Dit proces speelt zich af in het hart. 'Geloven doe je in de kerk', wordt wel eens gekscherend gezegd, maar geloven doe je vooral met je hart. Wie kent de uitdrukking niet: van ganser harte geloven? Het is iets persoonlijks tussen de mens en God. Wanneer het geloof een zeker weten is geworden, is het spreekwoord van toepassing: 'waar het hart van vol is, loopt de mond van over'.
"Als u met uw mond de Heere Jezus belijdt en met uw hart gelooft dat God Hem uit de doden heeft opgewekt, zult u zalig worden. Want met het hart gelooft men tot gerechtigheid en met de mond belijdt men tot zaligheid" (Rom. 10:9 en 10).
De Getuige
Wie de laatste woorden leest, ziet meteen concrete heilsfeiten. Geloof is niet ongrijpbaar, het gaat over concrete situaties. Over dood, over leven, over behouden worden, over liefde, over zondevergeving, over gerechtigheid. Het handelt over een concrete Persoon, Die het heil aan het licht heeft gebracht: de Zoon van God. Hij werd mens van vlees en bloed, zoals wij. Concreter kan het haast niet. Hij bracht het geloof dicht bij de mens, door uit de onzichtbare hemel op aarde te komen. Gedurende enkele jaren vertelde Hij over Zijn Vader en de hemelse zaken. Hij was de Ooggetuige uit de onzichtbare wereld. Wat Hij daarover bekendmaakte, is door verschillende personen opgeschreven. De kern van Zijn verslag komt bij alle vier de evangeliën (Mattheüs, Markus, Lukas en Johannes) overeen. Dat maakt toch wis en waarachtig een betrouwbare indruk?
De vaste grond die we in de Bijbel vinden, is groot. God heeft eeuwen geleden allerlei zaken over de komst van Zijn Zoon op laten schrijven (het Oude Testament). De Heere Jezus wist dat en zei tegen mensen, die destijds twijfelden of Hij wel echt de Zoon was: "U onderzoekt de Schriften, want u denkt daardoor eeuwig leven te hebben, en die zijn het die van Mij (Jezus, de Zoon) getuigen" (Joh. 5:39). Het is alsof de Heiland zegt: 'Lees, kijk of het klopt, dan weet je, dat Ik het ben!'. Daarom is het belangrijk dat Godzoekers de Bijbel bestuderen en de ooggetuigenverslagen over Hem lezen.
Onsterfelijkheid
De Heere Jezus zegt duidelijk, dat de confrontatie met Zijn Woord kan leiden tot het eeuwige leven. Er zijn mensen die dit te eenvoudig vinden; niet te geloven zeg ... in een Boek? Die tijd hebben we toch gehad? Dit soort afwijzingen kunnen leiden tot de gekste situaties. Men laat zich bijvoorbeeld invriezen en hoopt, dat als de uitvinding is gedaan, men na zijn ontdooiing (...) de onsterfelijkheidspil kan innemen.
Wanneer erkennen mensen God? Wanneer Hij de dood opheft en de ziel onsterfelijk maakt. In elke religie vinden we dit principe terug. Dit wordt als belangrijkste verschil gezien met het menselijke kunnen. Mensen kunnen veel, maar dat niet.
Ook de mensen tot wie de Heere Jezus zei: 'onderzoek de Schriften', dachten dit. De Heere Jezus zei namelijk tegen hen: "Want zoals de Vader de doden opwekt en levend maakt, zo maakt ook de Zoon levend wie Hij wil" (Joh. 5:21). Zo'n krachtige uitspraak, is alleen van God te verwachten. Maar ja, voor die mensen was het nog maar de vraag of Hij deze toets kon doorstaan. Kon Hij doden opwekken? Ja! Iedereen kent wel de geschiedenis van de opwekking van Zijn vriend Lazarus.
Wanneer we er zeker van willen zijn, dat onder alle goden Hij de Enige Echte is, moeten wij de Heilige Schrift onderzoeken op dit soort 'bewijs'. Neem bijvoorbeeld de uitspraak van Paulus. Hij zegt over de Heere Jezus: "Want ik heb u ten eerste overgeleverd wat ik ook ontvangen heb, dat Christus gestorven is voor onze zonden, overeenkomstig de Schriften, en dat Hij begraven is, en dat Hij opgewekt is op de derde dag, overeenkomstig de Schriften" (1 Kor. 15:3 en 4).
De Heere Jezus bewees Zijn macht over de dood, door Zelf uit de dood op te staan. Paulus zegt daarover, dat het precies zo in het Oude Testament was voorzegd. Kan het nog beter bewezen worden?
Geestelijk
Nuchter beschouwd niet. De geschiedschrijving heeft deze zaak nauwgezet vastgelegd, op dezelfde wijze als de geschiedenis van Alexander de Grote of Napoleon, wat we zomaar aannemen. Toch blijven vele mensen aan dit gebeuren twijfelen. Hoe komt dat? Elk mens heeft van nature de neiging om de (geestelijke) dingen van God af te wijzen. "Maar de natuurlijke mens neemt de dingen van de Geest van God niet aan, want ze zijn dwaasheid voor hem. Hij kan ze ook niet leren kennen, omdat ze geestelijk beoordeeld worden" (1 Kor. 2:14).
Wil iemand zekerheid krijgen over de eeuwige, onzichtbare wereld, dan moet deze de Bijbelse gegevens door een geestelijke bril bekijken. Die bril is voor iedereen beschikbaar. We kunnen hem aan laten meten, niet bij een opticien, maar bij God Zelf. Daarvoor moeten we in alle ernst God vragen, of Hij het juiste zicht wil geven op Zijn waarheid. Bijvoorbeeld door te bidden: "Ontsluit mijn ogen en laat mij aanschouwen de wonderen van Uw wet" (Ps. 119:18) of "Mijn ziel kleeft aan het stof; maak mij levend overeenkomstig Uw woord" (Ps. 119:25).
Woord en wet betekenen beide het Woord van God. Er zit levendmakende kracht in Zijn Woord, zodat we het kunnen doorzien. Is dat echt zo? Ja, zelfs in meer dan geestelijk opzicht is het waar.
De schepping
God bezit namelijk eeuwige kracht, waarmee Hij alles doordrenkt. Ons verstand kan zich weliswaar tegen God verzetten, Zijn schepping niet. De psalmist zegt: "De hemel vertelt Gods eer, het gewelf verkondigt het werk van Zijn handen" (Ps. 19:1). Dit kan door iedereen ervaren en gekend worden. Daar heb je geen geestelijke bril voor nodig. Niemand kan, als Hij eens voor God verschijnen moet, zeggen: 'Ik wist niet dat U bestond'. "Want de dingen van Hem die onzichtbaar zijn, worden sinds de schepping van de wereld uit Zijn werken gekend en doorzien, namelijk én Zijn eeuwige kracht én Zijn Goddelijkheid, zodat zij niet te verontschuldigen zijn" (Rom. 1:20).
Voltaire zei: 'Ik kan niet geloven in een klok zonder te geloven in een klokkenmaker'. Met andere woorden: Ik kan niet geloven in de schepping, zonder een Schepper! De natuurlijke werkelijkheid is een grote hulp om op zoek te gaan naar de geestelijke realiteit: de ware God, Die in Zijn Woord te vinden is.
"En dit is het eeuwige leven, dat zij U kennen, de enige waarachtige God, en Jezus Christus, Die U gezonden hebt" (Joh. 17:3).
Moge een ieder uit het diepst van zijn hart kunnen zeggen: "Maar wij weten dat de Zoon van God gekomen is en ons het verstand heeft gegeven om de Waarachtige te mogen kennen; en wij zijn in de Waarachtige, namelijk in Zijn Zoon, Jezus Christus. Die is de waarachtige God en het eeuwige leven" (1 Joh. 5:20).