-
Dagboek - Dag 14
Dag 14 "Op die dag sloot de HEERE een verbond met Abram, en zei: Aan uw nageslacht heb Ik dit land gegeven, van de rivier van Egypte af tot aan de grote rivier, de rivier de Eufraat" (Gen. 15:18). De Heere heeft Abram uitgekozen om een Eigen volk te hebben. De opdracht die aan Adam gegeven was, maar die Adam niet kon afmaken na de zondeval, moet vervuld worden. Hiervoor heeft God aan satan beloofd: "En Ik zal vijandschap teweegbrengen tussen u en de vrouw, en tussen uw nageslacht...
- Gegevens
- Categorie: Iniminies
- Hits: 412
Nicodemus, Jozef en Jezus
Nicodemus en Jozef van Arimathea waren twee invloedrijke leden van het Sanhedrin, het Joodse gerechtshof dat 71 leden telde. Deze Raad bestond uit schriftgeleerden, zowel Farizeeën als Sadduceeën, oudsten, en priesters. Zij hield zitting in het gebouw ‘de Gehouwen Stenen’ op het tempelterrein. Naar verluid was dit de plaats waar Maria en Jozef de twaalfjarige Jezus vonden, die daar toen sprak met de leraren (Luk. 2:46).
Het was deze Raad die het doodsoordeel over Christus uitsprak. Eerst onder leiding van de hogepriester Kajafas in zijn paleis (Matt. 26:3). Daarna nogmaals, nadat de Heer gevangen genomen was, “kwamen al de overpriesters en de oudsten van het volk met betrekking tot Jezus gezamenlijk tot het besluit Hem te doden” (Matt. 27:1).
Nicodemus en Jozef volgden Jezus in het geheim uit vrees voor de Joden, (Joh. 19:38). Beiden zullen daarom in de Raad niet ingestemd hebben met Zijn veroordeling, zoals dit van Jozef gezegd is (Luk. 23:51). Wie waren zij?
Nicodemus. Hij bracht een nachtelijk bezoek aan de Heere Jezus (jaar 26), om er achter te komen Wie Hij eigenlijk was. De beloofde Messias? Was het Koninkrijk nabij? Hij was een Farizeeër, een Joodse leider, een leraar van Israël (Joh. 3:1, 10) en lid van het Sanhedrin. De rabbinale traditie ziet hem als een van de drie rijkste mensen in Jeruzalem. Een vooraanstaand man dus, onderlegd in de Schriften! Maar hij vond het die nacht nog moeilijk te begrijpen dat wedergeboorte toegang verschafte tot het Koninkrijk van de Heere.
Op de laatste dag van het Loofhuttenfeest (in 28) is Nicodemus als raadslid aanwezig op het tempelterrein. Farizeeën en overpriesters van de Raad spreken erover dat zij Jezus gevangen willen nemen. Dan neemt hij het woord: “Veroordeelt soms onze wet de mens, als zij hem niet eerst hoort en kennis genomen heeft van wat hij doet?” (Joh. 7:51) Hoewel dit geen getuigenis is van zijn geloof, zegt het wel wat over zijn gezindheid. Een slimme zet. Hij verdedigde de Heere op grond van de Wet (Deut. 1:16, 17). Zijn raadscollega’s gaven een zwak weerwoord, dropen af, en gingen huiswaarts (Joh. 7:52, 53).
Nadat Jezus stierf, Nicodemus zag waarschijnlijk Zijn kruisiging, toonde hij in het openbaar dat hij Christus volgde (jaar 29). Met een uitermate kostbare daad van eerbied en verering voorzag hij in een “mengsel van mirre en aloë, ongeveer honderd pond”, waarmee het lichaam van Jezus werd gebalsemd (Joh. 19:39 ).
In deze situatie van Zijn dood nam raadsheer Jozef van Arimathea de leiding. Ook hij was rijk, aanzienlijk, goed en rechtvaardig (Matt. 27:57; Luk. 23:50). Hij verwachtte het Koninkrijk van God en was een discipel van de Heere (Mark. 15:43; Matt. 27:57).
Jozef had moed. “Hij ging naar Pilatus en vroeg om het lichaam van Jezus. Toen gaf Pilatus bevel dat het lichaam aan hem gegeven zou worden” (Matt. 27:58). Hij kocht ook fijn linnen om de Heere daarin te wikkelen (Mark. 15:46). Nicodemus kwam erbij. Beiden namen Hem van het kruis af ((Joh. 19:40). Zij balsemden Hem, naar Joodse gewoonte, met het waardevolle mengsel van mirre en aloë van Nicodemus. Ook brachten zij Hem naar de tuin vlakbij de plaats van Zijn kruisiging, legden Hem in een nieuw, het eigen graf van Jozef (Matt. 27:60). Zij rolden een steen tegen de grafdeur (Joh. 19:38-42).
Tja…. Nicodemus en Jozef waren maar twee van de 71 raadsleden die in de Evangeliën zo persoonlijk een plaats kregen. Beiden maakten het grote wonder mee dat hun Heere uit de dood verrees en aan velen verscheen, zelfs aan meer dan vijfhonderd broeders (1 Kor. 15:6). Waren zij daar bij? Je zou hopen van wel.
Gezegende Paasdagen!
Ineke van Lieshout
Foto: Public Domain, Nicodemus, 1904; commons.wikipedia.org